1. Verzamelen: het samenbrengen van verschillende elementen om een geheel te vormen.
2. Verklaren: het geven van een duidelijke uitleg of verklaring.
3. Vergelijken: het vergelijken van twee of meer dingen om hun overeenkomsten en verschillen te bepalen.
4. Vermijden: het vermijden van iets om te voorkomen dat het gebeurt.
5. Verzenden: het verzenden van een brief, pakket of ander object naar een andere locatie.